Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Een vennootschap onder firma (v.o.f.) is een personenvennootschap.

De vennoten in een vennootschap zijn hoofdelijk aansprakelijk voor gemaakte schulden. Dit is een verschil met de maatschap. Een bijzondere vorm van een vennootschap onder firma is de commanditaire vennootschap.

Gebonden gemeenschap

De vennootschappelijke goederengemeenschap is een gebonden gemeenschap. De gebondenheid vloeit voort uit het vennootschapscontract. De gemeenschap staat in dienst van de realisatie van het vennootschappelijke doel. Dit heeft tot gevolg dat de vennoten, tevens deelgenoten in de gemeenschap, geen verdeling van de gemeenschap kunnen vorderen zolang de vennootschap bestaat.

Voorts kan een deelgenoot niet beschikken over zijn aandeel in de gemeenschap, noch over zijn aandeel in de afzonderlijke gemeenschappelijke goederen (beschikkingsgebondenheid van de vennoten met betrekking tot hun aandeel in de gemeenschap).

Afgescheiden vermogen

De vennootschap onder firma heeft een afgescheiden vermogen. De schuldeisers van de vennootschap hebben een exclusieve verhaalspositie op dat vermogen. De schuldeisers van de vennoten in privé kunnen geen verhaal uitoefenen op dat vermogen. Zij kunnen zich evenmin verhalen op het aandeel van de vennoot in dat vermogen zolang de vennootschappelijke goederengemeenschap niet is verdeeld.

Rechtspraak
  • HR 02-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1009 (Gebonden gemeenschap)
    De omstandigheid dat de onroerende zaken zijn ingebracht in de v.o.f. brengt mee dat die onroerende zaken een gebonden gemeenschap vormen, bestemd om te worden aangewend tot het bereiken van het doel van de v.o.f., en dat die zaken behoren tot het afgescheiden vermogen van de v.o.f. dat dient als verhaalsobject voor de schuldeisers van de v.o.f. Privé-schuldeisers van X kunnen dan ook op de zaken geen verhaal nemen.
  • HR 17-12-1993, NJ 1994, 301, Van den Broeke/Van der Linden)
    De in een vennootschap onder firma ingebrachte goederen vormen een gebonden gemeenschap; zij zijn bestemd om te worden aangewend tot het bereiken van het doel der vennootschap. Een vennoot kan tijdens de duur der vennootschap niet vrijelijk beschikken over zijn aandeel in die goederen en evenmin aanspraak maken op een uitkering ten laste van het vennootschapsvermogen voor zover een dergelijke aanspraak niet uit het vennootschapscontract of een in overeenstemming daarmee genomen besluit voortvloeit. Voorts vormen de goederen van de vennootschap een afgescheiden vermogen dat dient als verhaalsobject voor de schuldeisers van de vennootschap. Dit stelsel laat geen ruimte voor aanspraken op 'verrekening' buiten de vennootschap om, zoals door de onderdelen bepleit.
Wettelijke regeling

De vennootschap onder firma is geregeld in het Burgerlijk Wetboek, Boek 7A (artt. 7A:1655 t/m 1682) en in het Wetboek van Koophandel, Eerste Boek, Derde titel, 'Van de vennootschap onder ene firma en van die bij wijze van geldschieting of "en commandite" genaamd' (artt. 15 t/m 34).