Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Beslagrekest maakt melding van verhaalsbeslag. Nu de eis in de hoofdzaak levering betreft, worden de conservatoire beslagen opgeheven.

Het hof stelt vast dat SC Investments in het beslagrekest weliswaar stelt dat en waarom zij aanspraak heeft op levering van aandelen, maar dat zij verlof verzoekt om een conservatoir verhaalsbeslag te mogen leggen.

SC Investments heeft in het beslagrekest haar vordering begroot en heeft vrees voor verduistering gesteld. Vrees voor verduistering hoeft echter bij een conservatoir beslag tot levering niet te worden gesteld (art. 734 lid 4 Rv).

Bovendien verzoekt SC Investments de voorzieningenrechter haar 'te vergunnen tot zekerheid van verhaal van haar op voornoemd bedrag te begroten vordering' conservatoir beslag te mogen leggen. De deurwaarder heeft de beslagen gelegd ter verzekering van en om betaling te verkrijgen van een bedrag. SC Investments heeft dan ook verlof gevraagd en verkregen tot het leggen van conservatoire verhaalsbeslagen en zij heeft deze beslagen ook doen leggen. 

Het staat vast dat SC Investments in de door haar aanhangig gemaakte procedure in kort geding geen geldvordering heeft ingesteld, ook niet subsidiair. Dat zij, zoals zij stelt, aanspraak heeft op (vervangende) schadevergoeding wanneergeïntimeerden hun leveringsverplichtingen niet nakomen, moge zo zijn, maar een daartoe strekkende vordering is niet ingesteld.

Het in dit verband door SC Investments gedane beroep op art. 736 lid 2 Rv gaat niet op. De in die bepaling geregelde situatie van samenloop van twee of meer conservatoire beslagen, waaronder één leveringsbeslag doet zich niet voor, zodat conversie van het beslag tot levering in een verhaalsbeslag voor een vordering tot vervangende schadevergoeding niet aan de orde is.

De gelegde conservatoire beslagen kunnen, bij toewijzing van de vorderingen van SC Investments, niet op grond van art. 704 Rv overgaan in executoriale beslagen. De titel die SC Investments dan verkrijgt, strekt dan immers tot levering van de aandelen en niet tot verhaal van een geldvordering op die aandelen.

Naar het oordeel van het hof zijn de beslagen dan ook, gelet op de strekking van de vorderingen in de hoofdzaak, onnodig. De vordering tot opheffing van de beslagen is om die reden toewijsbaar.