Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Maatstaf ex art. 94a Sv. Gemeenschapsgoederen.

Feiten

Er wordt ten laste van A conservatoir beslag gelegd op f 25.000,00 op een bankrekening op naam van zijn echtgenote B, met wie hij in gemeenschap van goederen was gehuwd. Het beklag wordt door de rechtbank ongegrond verklaard.

Hoge Raad

In de eerste plaats vloeit uit hetgeen de rechtbank heeft vastgesteld voort dat de klaagster niet als enig rechthebbende op het geld kan worden beschouwd zodat het klaagschrift op die grond niet voor toewijzing vatbaar is (vgl. HR 31-03-1998, NJ 1998, 575).

In de tweede plaats sluit de omstandigheid dat het geld in de huwelijksgemeenschap van klaagster en A valt niet uit dat het beslag gehandhaafd blijft, met name niet wanneer het, naar als oordeel van de rechtbank in de bestreden beschikking besloten ligt, niet hoogst onwaarschijnlijk is dat aan A betalingsverplichtingen zullen worden opgelegd welke op de goederen van de gemeenschap kunnen worden verhaald.