Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

De schakelbepaling van art. 479b Rv bepaalt dat, als het beslag tot verhaal van een uitkering tot levensonderhoud wordt gelegd op loon of een andere periodieke uitkering, het gelegd en vervolgd wordt volgens het executoriaal derdenbeslag, voor zover daarvan niet is afgeweken.

Vereenvoudigd derdenbeslag

Vanwege de wat eenvoudigere executieprocedure wordt het alimentatiebeslag als een vereenvoudigd (executoriaal) derdenbeslag beschouwd.

  • Een belangrijk verschil tussen het alimentatiebeslag en het gewone derdenbeslag is dat de derdebeslagene geen verklaring hoeft af te leggen over hetgeen hij aan de geëxecuteerde verschuldigd is en dat de derdebeslagene onmiddellijk verplicht is om, zolang de executant dit verlangt, als hij loon of andere periodieke uitkeringen aan de beslagene verschuldigd is, het door de executant aangegeven achterstallig bedrag en de termijnen van de uitkering waarvoor het verhaal is gelegd aan de beslaglegger te betalen, tenzij ook andere beslagen worden gelegd (art. 479e lid 1 Rv).
Betaling surplus

De derde die meer aan de executant heeft betaald dan waarop deze recht heeft, is jegens de geëxecuteerde bevrijd, voor zover dat voortvloeit uit artikel 6:34 BW (art. 479e lid 3 Rv).

Kantongerechtsprocedure

De executant vervolgt de derdebeslagene, die in gebreke blijft aan zijn verplichting volgens art. 479e Rv te voldoen, voor de kantonrechter (art. 479f Rv).