Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Maatstaf ex art. 94a lid 1 of lid 2 Sv. Proportionaliteit en subsidiariteit. Verwijzing naar HR 15-01-2008, ECLI:NL:HR:2008:BB9890

Rechtbank

Bij de beoordeling van een klaagschrift tegen een beslag als bedoeld in art. 94a lid 1 of lid 2 Sv dient de rechter marginaal te onderzoeken:

  1. of er ten tijde van zijn beslissing sprake is van een verdenking van een misdrijf waarvoor een geldboete van de vijfde categorie kan worden opgelegd en
  2. of zich niet het geval voordoet dat het hoogst onwaarschijnlijk is, dat de strafrechter, later oordelend, de verdachte een verplichting tot betaling van een geldboete dan wel de verplichting tot betaling van een geldbedrag ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel zal opleggen.

De rechtbank kan op grond van de stukken en het verhandelde in raadkamer, gelet op voormeld toetsingskader, niet tot een ander oordeel komen, dan dat er jegens klager sprake is van een verdenking van een misdrijf waarvoor op de voet van het bepaalde in art. 11 lid 3 Opiumwet een geldboete van de vijfde categorie kan worden opgelegd en dat zich vooralsnog niet voordoet het geval dat het hoogst onwaarschijnlijk is, dat de strafrechter, later oordelend, de verdachte een verplichting tot betaling van een geldboete dan wel de verplichting tot betaling van een geldbedrag ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel zal opleggen.

Hoge Raad

De rechtbank heeft de juiste maatstaf aangelegd.

De Hoge Raad heeft in HR 15-01-2008, ECLI:NL:HR:2008:BB9890 geoordeeld dat die maatstaf niet een onderzoek vergt naar de proportionaliteit tussen de waarde van de inbeslaggenomen voorwerpen en de hoogte van het eventueel te ontnemen bedrag, maar dat omstandigheden van het geval kunnen meebrengen dat de rechter in de motivering van zijn beslissing ervan blijk dient te geven een dergelijk onderzoek te hebben verricht.

Dat geldt ook met betrekking tot de vraag of voortzetting (onder voorwaarden) van het beslag in overeenstemming is met de eis van subsidiariteit.

Gelet op hetgeen namens de klager is aangevoerd had de rechtbank in de motivering van haar beslissing ervan blijk dienen te geven een onderzoek daarnaar te hebben verricht.