Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

1.
Het beslag op vorderingen die de geëxecuteerde op derden mocht hebben of uit een ten tijde van het beslag reeds bestaande rechtsverhouding rechtstreeks zal verkrijgen, en op hem toebehorende roerende zaken die onder derden mochten berusten en geen registergoederen zijn, geschiedt bij een exploit van een deurwaarder dat, behalve de gewone formaliteiten, op straffe van nietigheid inhoudt:

  1. een bevel aan de derde om het verschuldigde of de zaken onder zich te houden op straffe van onwaarde van elke in weerwil van het beslag gedane betaling of afgifte;
  2. een vermelding van de naam, voornaam en woonplaats van de executant en de naam en woonplaats van de geëxecuteerde;
  3. een vermelding van de titel uit hoofde waarvan het beslag wordt gelegd, en een opgave van hetgeen de geëxecuteerde krachtens deze titel aan de executant verschuldigd is;
  4. een keuze van woonplaats ten kantore van de deurwaarder.
  5. een vermelding dat in weerwil van het beslag de koopsom aan de notaris kan worden betaald, in geval het beslag is gelegd op de vordering tot betaling van de koopsom van een onroerende zaak, nadat de koop van de zaak is ingeschreven in de openbare registers, bedoeld in afdeling 2 van titel 1 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, op de wijze die is voorgeschreven in artikel 3 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.

2.
De deurwaarder laat aan de derde-beslagene afschrift van het beslagexploit en van de executoriale titel uit hoofde waarvan het beslag wordt gelegd, alsmede een formulier in tweevoud volgens een bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen model, waarop de verklaring bedoeld in artikel 476b kan worden gedaan.

3.
Het afschrift van het beslagexploot, het afschrift van de executoriale titel en het formulier, bedoeld in het tweede lid, kunnen ook elektronisch worden gelaten aan het elektronisch adres van de derde-beslagene, mits deze derde aan een door Onze Minister van Justitie aangewezen organisatie een elektronisch adres heeft opgegeven, waaraan kan worden betekend. Voor de derde-beslagene geldt het elektronische afschrift als het oorspronkelijke exploot.

4.
Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gegeven aangaande de registratie van de in het derde lid genoemde elektronische adressen. Deze regels kunnen betrekking hebben op de wijze van opgave, wijziging, afmelding en doorhaling van een elektronisch adres en de gevolgen ervan. Tevens worden bij algemene maatregel van bestuur regels gegevens aangaande de betrouwbaarheid en vertrouwelijkheid van, de voorwaarden waaronder en de wijze waarop een beslagexploot elektronisch kan worden gelaten. Het besluit tot aanwijzing van een organisatie als bedoeld in het derde lid wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

5.
De voordracht voor de krachtens het vierde lid vast te stellen algemene maatregelen van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat de ontwerpen aan beide kamers der Staten-Generaal zijn overgelegd.