Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Gezamenlijke tenaamstelling bankrekening. Saldo niet gemeenschappelijk.

Feiten

Moeder overlijdt. Zij heeft in een testament één van haar kinderen, een zoon met wie zij onafgebroken een gemeenschappelijke huishouding heeft gevoerd, tot enig erfgenaam benoemd. Moeder en zoon hadden een en/of-rekening waarop de inkomsten van moeder binnenkwamen. Kort voor het overlijden neemt de zoon een groot bedrag daarvan op. De andere kinderen eisen hun legitieme portie op. De zoon stelt dat het saldo op de rekening als gemeenschappelijk moet worden aangemerkt. De rechtbank wijst dit af.

Hof

De rechtbank heeft terecht tot uitgangspunt genomen dat de bedoeling van partijen voor de gemeenschappelijk tenaamstelling doorslaggevend is (HR 09-02-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ6525). Hier komt het dus aan op de vraag of moeder de bedoeling heeft gehad het saldo van de door haar gevoerde gemeenschappelijke rekening steeds gedurende haar leven gemeenschappelijk te doen. Uit de stellingen van de zoon valt die bedoeling niet af te leiden. Dat hij gebruik kon maken van het saldo ten behoeve van de gemeenschappelijke huishouding rechtvaardigt niet de conclusie dat het saldo, voor zover dat niet werd verteerd in het huishouden, gemeenschappelijk zou zijn. De omstandigheid dat de zoon vrijelijk voor dat doeleinde (de huishouding) over het saldo kon beschikken leidt evenmin tot de conclusie dat hij ten tijde van het overlijden van moeder (of kort voordien) vrijelijk over het saldo kon beschikken voor doeleinden die niet betrekking hadden op de gemeenschappelijke huishouding.

Gerelateerde artikelen