Als de deurwaarder bij de inbeslagneming geld, aandeelbewijzen, effecten en verder geldswaarde hebbend papier aantreft, dan moet hij het getal en de geldsoort in het exploot vermelden en moet hij die bij een bank of andere financiële instelling in gerechtelijke bewaring geven. De executant en geëxecuteerde kunnen een andere plaats van bewaring overeenkomen (art. 445 Rv, eerste volzin).
De bewaring gebeurt ten name van de deurwaarder onder vermelding van het beslag, de executant en de geëxecuteerde (art. 445 Rv, tweede volzin).
Toepassing bij andere beslagen en bij executies
Het artikel over de bewaring van geldswaarde hebbend papier wordt ook bij andere beslagen en executies toegepast:
Rv
- 474c lid 8 Rv (Beslag leggen op aandelen in een beursvennootschap)
- 474d lid 4 Rv (Afgifte en bewaring van aandelen op naam)
- 480 lid 2 Rv (Verdeling opbrengst van roerende zaken)
- 490b lid 2 Rv (Verdeling opbrengst na pandexecutie)
- 492 lid 3 Rv (Executoriaal beslag tot afgifte van roerende zaken)
- 551 lid 2 Rv (Verdeling opbrengst zonder rangregeling)
- 577 lid 1 Rv (Betaling na verkoop schip)
- 584c lid 3 Rv (Beslagleggen op een luchtvaartuig)
- 584n lid 1 Rv (Beslagleggen op een luchtvaartuig)
- 770c Rv (Maritaal beslag)
BW
Conservatoir beslag
Volgens de schakelbepaling van art. 712 Rv geldt het artikel ook bij conservatoir beslag op roerende zaken.