Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

Voor een aantal vermogensrechten geldt geen executieregeling, bijvoorbeeld:

  • het merkrecht
  • vorderingen van de schuldenaar waarop de beslaglegger eigenbeslag heeft gelegd.

Voor de executie van deze vermogensrechten geldt art. 474bb lid 1 Rv. Volgens dit artikel kunnen deze rechten met overeenkomstige toepassing van de eerste afdeling van Titel 2 van Boek 2 Rv ('Van executoriaal beslag op roerende zaken die geen registergoederen zijn') worden geëxecuteerd.

  • Hof Arnhem 02-10-2012, ECLI:NL:GHARN:2012:BX8883
    Hoger beroep van Rb. Arnhem (vzr.) 10-01-2012, LJN BV2951 (X/Promocean). Het hof gaat ervan uit dat, nu de wet geen specifieke regeling kent die voorziet in de wijze van executie van vorderingen van de schuldenaar waarop de schuldeiser beslag onder zichzelf heeft gelegd, de regel van art. 474bb lid 1 Rv geldt dat deze rechten met overeenkomstige toepassing van de eerste afdeling van Titel 2 van Boek 2 Rv kunnen worden geëxecuteerd.
  • Rb. Arnhem (vzr.) 10-01-2012, ECLI:NL:RBARN:2012:BV2951 (X/Promocean)
    Nu in de wet geen uitdrukkelijke regeling is getroffen voor de (wijze van) executie van gepretendeerde vorderingsrechten, waarvan hier sprake is, dient terug te worden gevallen op de regeling van art. 474bb Rv voor de executie van deze vorderingsrechten. 
  • HR 10-12-2010, ECLI:NL:HR:2010:BO6879 (Huber/Hydra c.s.)
    Landinvest legt executoriaal beslag ex art. 474bb Rv op een vermeende vordering van Huber op Forward. Over deze vordering wordt geprocedeerd. Huber verkoopt de vordering executoriaal. Hydra koopt de vordering en verzoekt vervolgens om als executiekoper en dus rechtsopvolger in de plaats van Huber als procespartij te worden gesteld. Huber verzet zich hiertegen. Zij stelt dat derdenbeslag de enige en exclusieve manier is om een vordering te beslaan en dat executieverkoop op grond van art. 474bb Rv nietig is. De Hoge Raad oordeelt dat Huber als geëxecuteerde twee wegen kon bewandelen: (1) voorafgaand aan de executieverkoop een executiegeschil voeren en (2) na executieverkoop een nieuwe procedure voeren om de rechtmatigheid van executie te toetsen. Het is echter niet mogelijk om tegen executiekoper Hydra op te komen. Executiegeschillen moeten immers worden gevoerd tussen de geëxecuteerde en de executant. Na de eenmaal voltooide executie resteert nog slechts een mogelijke vordering uit hoofde van onrechtmatige daad op executant Landinvest.