Bel 033 4602302 of mail naar info@beslagrecht.nl

Word abonnee

De schakelbepaling van art. 734 lid 1 Rv bepaalt dat op een conservatoir beslag tot afgifte of levering de bepalingen van het conservatoir verhaalsbeslag op het te beslagen goed van toepassing zijn, maar wel met een aantal verfijningen. Ook andere artikelen kennen uitzonderingen:

Roerende zaken

Volgens art. 734 lid 1 Rv geldt dat, als het beslag betrekking heeft op roerende zaken, de volgende artikelen niet van toepassing zijn:

Bij toepassing van art. 444b Rv treedt de waarde van het in beslag te nemen goed in de plaats van het bedrag van de vordering waarvoor beslag is gelegd (vgl. art. 734 lid 2 Rv).

Als de schuldenaar een soortzaak moet leveren, kan hij een soortgelijke zaak leveren. Art. 731 Rv bepaalt dat de deurwaarder de betreffende hoeveelheid van die soort in beslag neemt tenzij de beslagene tijdig een redelijke andere keuze doet.

  • Het executoriale beslag tot afgifte kent in art. 493 Rv een zelfde bepaling.
Onroerende zaak

Als het beslag betrekking heeft op een onroerende zaak is het volgende artikel niet van toepassing:

Betreft het recht op afgifte te velde staande vruchten of beplantingen van een onroerende zaak, dan kan uit dien hoofde beslag worden gelegd overeenkomstig art. 494 Rv (art. 732 Rv, eerste zin).

Ten aanzien van een beslag tot levering van een onroerende zaak geldt dat, in aansluiting op het beslag, er binnen de door de voorzieningenrechter te bepalen termijn een procedure tot levering van de onroerende zaak moet worden gestart. Het vonnis in de hoofdzaak houdende levering van de onroerende zaak kan bepalen dat de uitspraak dezelfde kracht heeft als een notariële akte en daarvoor in de plaats treedt (vgl. art. 3:300 en 3:301 BW).

De titel moet in het register worden ingeschreven (vgl. art. 301 BW), mits het vonnis in kracht van gewijsde is of uitvoerbaar bij voorraad is verklaard en een termijn van veertien dagen (of een in de uitspraak bepaalde langere termijn) is verstreken vanaf de betekening aan de schuldenaar.

Een ingesteld hoger beroep en cassatie tegen een vonnis dat in de plaats treeedt van een voor een levering van een registergoed vereiste akte, moet binnen acht dagen na het instellen van het rechtsmiddel in het griffieregister worden ingeschreven (vgl. art. 3:301 lid 2 BW jo. art. 85 en 433 Rv). Wordt dit niet gedaan, dan is degene die een rechtsmiddel heeft ingesteld niet-ontvankelijk

Beslag op vermogensrechten

Bij een beslag op vermogesnrechten is volgens art. 734 lid 3 Rv art. 474b Rv alleen van toepassing als op grond van het recht waarvoor het beslag is gelegd, recht op de in art. 474b Rv bedoelde baten bestaat.