Derdenverzet
Een derde kan door middel van het uitbrengen van een dagvaarding derdenverzet instellen instellen. Deze vorm van derdenverzet heeft geen schorsende werking.
Dagvaarding van beslaglegger en beslagene (art. 438 lid 5 Rv)
De derde moet bij deze vorm van derdenverzet zowel de beslaglegger als de beslagene dagvaarden. Doet hij dit niet, dan is hij niet-ontvankelijk in zijn vordering (vgl. art. 438 lid 5 Rv).
- Rb. Den Haag (vzr.) 31-07-2013, ECLI:NL:RBDHA:2013:9535
Uit de redactie van art. 438 lid 5 Rv volgt dat het een voorschrift van dwingend recht betreft en op straffe van nietigheid dient te worden nageleefd, zodat een ambtshalve toepassing door de voorzieningenrechter geboden is. Daarbij is van belang dat het artikellid kennelijk beoogt de belangen van de executieschuldenaar te beschermen. Omdat de verkoop van de motor door de staat, hetgeen eiser met zijn vordering tracht te verhinderen, tot een vermindering van het openstaande bedrag van de tegen X opgelegde ontnemingsmaatregel zal leiden, kan niet zonder meer tot uitgangspunt worden genomen dat Y met zijn vordering tevens het belang van X dient. De positiebepaling van X is dan ook niet op voorhand duidelijk. De voorzieningenrechter verklaart Y niet-ontvankelijk. - Hof Arnhem 18-12-2012, ECLI:NL:GHAMS:2012:BY6953
Mr. Cerutti, curator in het faillissement van Multi Hypotheken BV, legt conservatoir beslag op het woonhuis van voormalig bestuurder en grootaandeelhouder X. Na veroordeling van X tot betaling van een bedrag aan de boedel wordt het beslag executoriaal en zegt de curator hypotheekhouder ING de executoriale verkoop van het woonhuis aan. ING maakt geen gebruik van het recht ex art. 509 lid 1 Rv tot overname van de executieverkoop, maar tekent, vanwege de te verwachten geringe opbrengst, wel verzet tegen de verkoop aan. Het hof vindt dat ING als derde moet worden beschouwd in de zin van art. 438 lid 5 Rv. Volgens deze bepaling moet een derde (ING) zowel de executant (de curator) als de geëxecuteerde (X) dagvaarden. Nu ING dit niet heeft gedaan, is zij niet-ontvankelijk in haar vorderingen. - Rb. Almelo (vzr.) 07-12-2012, ECLI:NL:RBALM:2012:BY6440
Eiseres is op huwelijkse voorwaarden met X gehuwd. De gemeente Almelo legt voor een fraudeschuld van X executoriaal beslag op inboedelgoederen van eiseres en/of X en op een auto. Eiseres vordert opheffing van het beslag en verbod van de executieverkoop. De voorzieningenrechter verklaart eiseres niet-ontvankelijk, nu zij heeft nagelaten, naast de gemeente, X te dagvaarden. Eiseres moet worden aangemerkt als derde in de zin van art. 438 lid 5 Rv. Dit artikel schrijft dwingend voor dat in een executiegeschil zowel de executant als de geëxecuteerde moet worden gedagvaard.
Beoordelingsmaatstaven
De beoordelingsmaatstaven bij derdenverzet zijn anders dan bij een door de geëxecuteerde zelf aanhangig gemaakt executiegeschil.
- Hof Arnhem-Leeuwarden 28-07-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:5686
De maatstaven voor een procespartij die staking of schorsing van de executie vordert, gelden niet voor een derde die zich met een beroep op vernietiging van een rechtshandeling in kort geding verzet tegen de executie (zie HR 11-07-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF7679, Van Kaam/Kantorengemeenschap) (zie hierna). - HR 11-07-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF7679 (Van Kaam/Kantonrengemeenschap)
De maatstaven voor de bevoegdheid van de rechter om staking of schorsing van de executie van vonnissen te bevelen, gelden niet voor een derde die zich verzet tegen de executie van een vonnis dat is gewezen in een procedure waarin zij geen partij is. Die derde kan zich dus in kort geding met een beroep op de vernietiging van de borgstelling verzetten tegen de executie van het vonnis.
Roerende en onroerende zaken
Art. 438 lid 5 Rv is voor specifieke goederen nader uitgewerkt, bijvoorbeeld in:
- art. 456 Rv (derdenverzet tegen de verkoop van roerende zaken)
- artt. 538-540 Rv (derdenverzet tegen de verkoop van een onroerende zaak).
Conservatoir beslag (art. 705 lid 3 Rv)
Art. 438 lid 5 Rv is ook van toepassing bij conservatoir beslag (art. 705 lid 3 Rv).